Wat is toch die spanning? Waarom doet mijn maag zo raar? Waarom trillen mijn handen? Waarom moet ik de hele tijd zo diep ademhalen? Kennelijk is er iets spannend, of komt er iets aan dat spannend is. Een ontmoeting met een nieuw persoon, een piercing laten zetten (ik noem zomaar iets he), iets uitspreken wat kwetsbaar voelt, een concert geven. ‘Ik wil dus ik tril’ heb ik op een bord geschreven dat in mijn werkkamer staat. Soms wissel ik de spreuk af met ‘ik leef dus ik beef’, wat ongeveer op hetzelfde neerkomt. Want trillen is beven en willen leven en zonder willen zouden we ook niet trillen en ik ga nu proberen uit te leggen hoe ik denk dat dat werkt.

Snaren trillen ook

We kunnen veel leren van snaren. Pianosnaren bijvoorbeeld. Want wat doet een snaar wanneer hij tot leven komt? Hij trilt! Met zijn trilling laat hij zijn klank horen. Met zijn trilling laat hij horen wie hij is. En snaren staan – net als mensen – niet op zichzelf. Ze trillen niet zomaar. Er is iets van buitenaf nodig om hem te laten trillen. Iemand die de snaar direct of indirect aanraakt. Ik noem mijn pianosnaar even “A”. Ik kan met mijn vinger aan A vertellen dat zij haar verhaal mag doen, zachtjes of krachtig, voor eventjes of zolang als ze kan. Maar ook het trillen van een andere snaar kan A doen meetrillen. Wanneer er een snaar trilt die op een of andere manier resoneert met A, gaat A zelf ook een beetje trillen. Zij zegt hiermee: “ik wil ook meedoen, laat mij meespelen!”

Ik vergelijk snaren graag met mensen (en andersom!). Ik laat mijn leerlingen twee tonen samen spelen en dan vraag ik: “zijn deze tonen vriendjes, of hebben ze het een beetje moeilijk met elkaar?” oftewel: “resoneren deze snaren met elkaar of niet?”.
Wij mensen zijn ook trillende wezens. Niet alleen zichtbaar wanneer we superzenuwachtig zijn, maar ook vanbinnen, meer subtiel. Wij kunnen ook meetrillen met andere mensen, met trillingen om ons heen, met klanken.
Wanneer wij een klank of een persoon mooi vinden, dan is dat omdat hun trillingen resoneren met die van ons. Is dat te kort door de bocht? Ik weet het niet, ik ervaar het wel zo. Wat is huilen om muziek anders dan dat er iets van binnen meetrilt met dat wat we horen? Wij worden, net als de snaar A, aangeraakt door iets van buitenaf wat ons doet trillen.

Spannend

Ik ben zelf iemand waaraan je vaak ook echt kan zien dat ik tril, dus niet alleen subtiel vanbinnen, maar ook fysiek aan de buitenkant. Op de ogenschijnlijk gekste momenten kan ik beginnen te trillen; mijn handen, mijn benen, mijn gezicht. Soms weet ik niet goed waarom dit ineens gebeurt, en kan ik me gaan schamen. Op zo’n moment zie ik mijn trillen als een teken dat ik iets spannend vind ‘dat ik niet spannend zou moeten vinden’ of ‘dat normale mensen niet spannend vinden’. Dat zijn zo van die oordelen over mezelf die dan voorbij kunnen komen.
Maar als ik eens denk aan die snaren, dan betekent mijn trillen misschien wel: “Ik wil meedoen! Ik wil meedoen met het leven.” Misschien laat ik ook wel door te trillen mijn stem horen, mijn klank, wie ik ben. En ja, kennelijk is er iets spannend, en lijkt dat iets nietszeggends te zijn maar is het gewoon een aanleiding die mij vraagt deel te nemen aan het leven.

Afgelopen februari had ik twee spannende speelgelegenheden achter elkaar. Een avondvullend soloprogramma en een radio-optreden de dag erna. In de week die hieraan voorafging kon ik maar slecht slapen en voelde ik mij enorm gespannen. Mijn hoofd draaide op volle toeren. “Wat als ik het verpest?” “Wat als mijn vingers blokkeren?” “Wat als ik het volgende akkoord niet meer weet?” “Live op de radio! Hoe gênant als ik dan een black-out krijg!”. Ik was totaal geobsedeerd door de gedachte aan falen. Het was alsof mijn lichaam stopte met bewegen en mijn gedachten mijn lichaam compleet overheersten.
Tijdens het concert kwamen deze gedachten terug, soms ineens heel hevig, soms meer op de achtergrond. Het was ontzettend vermoeiend; het was op deze momenten spelen op overlevingsstand. Die nacht was ik laat thuis en moest ik de volgende ochtend weer vroeg op voor de radio. Mijn lichaam én mijn hoofd waren uitgeput.

En toen ontstond er iets. Ik voelde mijn buik. Ik voelde een beweging in mijn maag. En mijn ledematen werden trillerig. “Wat gek” dacht ik. “Het lijkt of ik dit in jaren niet meer heb gevoeld!” Terwijl dit gewoon zenuwen waren. Gezonde zenuwen. Mijn lichaam gaf aan dat er iets spannends komen ging en vroeg mij om daar “ja” op te zeggen. Om te leven met die spanning. En in mijn hoofd? Daar was het stil. Het had eindelijk aanvaard dat het geen controle kon hebben. Aanvaard dat ik spanning mag voelen. Dat ik mag trillen omdat dat leven is, en leven is nu eenmaal onvoorspelbaar.

Ontmoeting

En het heerlijke van die gezonde zenuwen is dat die weg kunnen vallen wanneer het eenmaal zover is. Wanneer je aan het spelen bent, live voor de radio. Wanneer je iemand in de ogen kijkt, wanneer je datgene uitspreekt wat zo belangrijk voor je is. En ik denk dat dat komt door de ontmoeting. Een ontmoeting met jezelf, met je instrument, met je toehoorders, met die nieuwe persoon, met datgene wat je uitspreekt en degene die dat hoort, met het leven. Want een snaar trilt niet zomaar, hij trilt omdat hij wordt aangeraakt. En dan maakt het trillen een toon. Snaar A laat horen wie ze is met haar klank. Zacht of krachtig, eventjes of zolang als ze kan. A leeft.

Dus ik zeg ja tegen trillen.